BEWEGING EX-MOSLIMS VAN BELGIË - MOUVEMENT DES EX-MUSULMANS DE BELGIQUE






Fatma is een moslima met Turkse roots. Zij zegt dat zij de Koran kent. Zij kent ook die éne Mohammed. De Mohammed die zij kent predikt geen haat maar rechtvaardigheid, respect, verantwoordelijkheid, liefdadig-heid, goedheid.
Op een bepaald moment twijfelt zij eraan of zij wel een goede moslima is. Zij heeft zich namelijk grotendeels aan de Belgische cultuur aangepast. Zij heeft gestudeerd, werkt in een softwarebedrijf samen met mannen en vrouwen, moslims en niet-moslims, zij is altijd modern en smaakvol gekleed en draagt geen hoofddoek. Zij bidt slechts af en toe, als de tijd het toelaat. De Ramadan doet zij mee als het werk het toelaat. Op haar werk wordt niet over godsdienst gepraat. Er wordt vooral, ... , gewerkt.
Niettegenstaande zij hoog opgeleid is en de Koran beweert te kennen weet zij niet of zij een goede moslima is. Dan zijn er natuurlijk maar 2 mogelijkheden: ofwel was haar lezing van de Koran maar oppervlakkig, ofwel is de Koran onduidelijk en kan zelfs iemand met een meer dan doorsnee intelligentie de Koran niet begrijpen. In het laatste geval is de Koran dus geen grote hulp bij de levensvragen van de gelovige en dus zelf een probleem.
Op een dag geraakt zij aan de praat met Chantal. Chantal is lerares Islam in de school van het kleine zusje van Fatma. Chantal heeft zich bekeerd tot de Islam en gaat nu door het leven met de arabische naam Amira. Fatma is erg onder de indruk van de godsvruchtigheid van Chantal.
Chantal straalt Islam uit en draagt een hoofddoek. Chantal is fier over haar moslim-zijn en wil dit ook uitdragen. Zij weet dat de Islam een slechte naam heeft maar dit komt natuurlijk niet door de Islam maar door de onwetendheid van de mensen.
Fatma stelt aan Chantal de vraag hoe zij een goede moslima kan worden. Eerste vraag is natuurlijk of het absoluut nodig is om een hoofddoek te dragen. Op het werk van Fatma ligt dit namelijk nogal gevoelig. Er zijn wel moslima’s, maar geen met hoofddoek. Chantal toont heel veel begrip voor de situatie. Het heeft na haar bekering drie jaar geduurd vooraleer zij haar haar begon te bedekken maar nu zou ze haar hoofddoek nooit meer thuislaten, kost wat kost. Ze zou zich naakt voelen.
Ze zegt dus tegen Fatma dat ze helemaal geen schuldgevoelens moet hebben. In België draagt slechts een minderheid van de werkende moslima’s een hoofddoek. Zij zijn daarom niet minder moslima. Het is enkel aan Allah om over de mensen te oordelen en niet aan ons. De Islam is er om het de mensen gemakkelijk te maken, niet om het leven onmogelijk te maken. De koran zegt niet voor niets “dat er geen dwang is in de godsdienst“ (2:256).
De Islam schrijft de hoofddoek weliswaar voor maar je moet er als vrouw werkelijk klaar voor zijn. Als je er niet van overtuigd bent, heeft het ook geen zin. Insha Allah ben je er over een paar jaar klaar voor. Trouwens de hoofddoek behoort niet tot de 5 pijlers van de Islam.
Belangrijker is het om te bidden, te vasten en de zakat (voorgeschreven aalmoezen) te geven. Dan vraagt Chantal of Fatma wel bidt? Hierop zegt Fatma dat ze thuis soms wel bidt maar op het werk ligt dit toch wat gevoelig, dus doet ze het daar niet. Chantal geeft haar een compliment en zegt dat het goed is dat ze bidt omdat ze zelf weinig moslima’s kent die dit doen. Ze zegt ook dat het niet erg is als ze op het werk niet bidt en dat het goed is om de gebeden die ze overdag gemist heeft gewoon ´s avonds in te halen. Dan haalt ze ook haar vijf gebeden per dag.
Fatma is blij met het gesprek met Chantal. Chantal heeft haar echt moed ingesproken. Zo´n slechte moslima is ze dus niet. Insha Allah zal ze later een hoofddoek dragen, maar nu nog niet.
Fatma deelt op het werk een bureau met Peter. Peter is een heel deftige jongen, ongeveer haar leeftijd. Zij werken aan hetzelfde projekt en kunnen echt goed met elkaar opschieten. Ze hebben regelmatig interessante gesprekken over de meest diverse onderwerpen. Peter is een leuke jongen en een van de weinige katholieken die nog elke week naar de mis gaan.
Vandaag heeft Fatma een nieuwe bloes aan, een rode. Peter geeft haar een compliment: „Prachtige rode bloes die je aanhebt Fatma. Ze laat je figuur wel echt goed tot zijn recht komen.“ Fatma bloost. Ze is wel blij met het compliment. Ze weet dat Peter het echt meende en dat hij verder geen slechte bedoelingen heeft.
Neen, Peter is een goede jongen. Zij heeft nog nooit de indruk gehad dat hij haar lichaam aanstaarde, welke kleren ze ook aanheeft. En ze zitten al twee jaar samen op bureau. Moest Peter een pervert zijn, dan had ze dit wel gemerkt.
Ze had ooit een T-shirt aan met een toch wel diep uitgesneden V-hals en die ook een maatje te klein was. Peter bekeek haar er niet anders door.
`s Avonds, thuisgekomen op haar kamer denkt ze terug aan het voorval en ook aan Chantal. Chantal zou nooit zo´n rode bloes aandoen. Ze draagt altijd onopvallende kleuren, lichtblauw, bruin, grijs, zwart en haar kleren zijn altijd relatief wijd zodat de vorm van haar lichaam niet geaccentueerd wordt.
De volgende dag ziet Fatma Chantal terug en vertelt haar hetgeen gebeurd is. Chantal is zoals altijd heel begrijpend. Ze zegt dat Peter waarschijnlijk geen slechte bedoelingen heeft en dat zijn reactie voor een Belg wel normaal is. Maar voegt zij eraan toe: „voor ons moslims ligt dit wel anders“. De Islam heeft namelijk een realistische kijk op het menselijk gedrag en organiseert de maatschappij op een zodanige manier dat er geen ongewenst gedrag tussen mannen en vrouwen ontstaat.
Chantal geeft Fatma de raad om wat beter op haar kledij te letten, geen te opzichtige kleuren te dragen, niet te diep uitgesneden of te nauw aansluitend, lange mouwen, geen te opvallende juwelen. Beter geen broeken, liever een lange rok of kleed. De Profeet heeft namelijk gezegd dat mannen mannenkleding moeten dragen en vrouwen vrouwenkleding om het onderscheid te maken. Een man draagt toch ook geen rok, of wel soms?
Terug thuis voelt Fatma zich wat ongemakkelijk. Enerzijds heeft zij veel respect voor de godvruchtige en lieve Chantal, die zij een echte moslima vindt. Chantal geeft op een heel moederlijke manier advies zonder af te keuren of te veroordelen.
Anderzijds vindt Fatma het heel leuk op het werk met alle collega´s. En eigenlijk is er niets mis met Peter. Hij is heel lief en attent en zijn complimentje over de rode bloes heeft haar eigenlijk eerder deugd gedaan dan dat zij er zich ongemakkelijk bij voelde.
Maar Chantal heeft natuurlijk ook gelijk. Een goede moslima trekt door haar kledij geen aandacht van mannen. Wie weet loopt het dan op een bepaald moment toch fout als een man zijn zelfbeheersing verliest. Ja ja, mannen, ...
Misschien is het beter om zeker te spelen. Fatma kijkt in haar kleerkast en stelt vast dat al haar kleren toch wel iet of wat gedurfd zijn, zeker in vergelijking met die van Chantal. Zij besluit om in het weekend met haar mama te gaan shoppen en haar stijl wat aan te passen. De nieuwe kleren zal ze dan op het werk dragen en de oude kleren zijn dan voor thuis.
Op het werk gaat het nog altijd goed. Maar Fatma begint de zaken toch anders te bekijken. Peter heeft wel echt veel aandacht voor haar. Het was haar vroeger niet echt opgevallen maar hoe meer ze erover nadenkt, hoe meer, ... Fatma heeft altijd een goed gevoel gehad, maar nu begint ze wat te twijfelen. Ze werken wel samen op hetzelfde project en zitten natuurlijk de hele dag samen, maar toch. Misschien zou het niet slecht zijn om wat afstand te nemen. De vraag is natuurlijk, hoe? Misschien weet Chantal raad.
Chantal weet natuurlijk raad. Ze denkt dat Fatma misschien een beetje verliefd is op Peter. Dit zou natuurlijk heel erg zijn aangezien Peter geen moslim is. Deze ontluikende verliefdheid is een gevaarlijke situatie, waar beter vroeg dan laat iets aan gedaan dient te worden. Maar wat? Een mogelijkheid zou natuurlijk kunnen zijn om aan de personeelsdienst te vragen om in een ander bureau te mogen zitten, liefst alleen met vrouwen. Chantal geeft dan ook de raad om gewoon naar de personeelsdienst te stappen en te vragen om een ander bureau te krijgen. Als reden kan ze dan geven dat ze zich niet comfortabel voelt om alleen met een man op bureau te zitten en dat dit van haar geloof niet mag. Er is nog altijd godsdienstvrijheid hier in België, dus ...
De personeelsdirecteur begrijpt dit niet zo goed. Hij weet dat Fatma moslima is, maar hij weet ook dat zij niet extreem is. Integendeel, ze is modern en heel vlot in de omgang. Hij weet ook dat het met Peter goed klikt, dat het project waar ze samen op werken een echt succes is en dat er tot nu toe geen enkel probleem geweest is tussen die twee.
Ook Peter begrijpt dit niet zo best en stelt zich vragen hoe het nu zit met de communicatie in verband met het project. Het is natuurlijk anders als je in hetzelfde bureau zit dan als je ver uit elkaar zit. Peter kan zich ook niet inbeelden dat hij haar op één of andere manier zou lastiggevallen hebben of dat Fatma zich ongemakkelijk voelt bij hem. Integendeel, Fatma heeft altijd de indruk gegeven dat zij hem leuk vond. Maar Fatma zet door en krijgt een ander bureau.
Bij de volgende ontmoeting met Chantal praat ze over de gebeurtenissen van de voorbije weken. Ze voelt zich schuldig dat ze Peter met een slecht gevoel opgezadeld heeft, terwijl er eigenlijk geen reden toe is. Peter is nog altijd dezelfde deftige jongen van vroeger. Fatma voelt echter aan dat hun relatie wat bekoeld is en dat dit haar schuld is.
Chantal spreekt haar moed in. Ze zegt dat het niet altijd gemakkelijk is om een goede moslima te zijn maar dat Fatma in de goede richting evolueert. Fatma moet gewoon goed beseffen dat dit een proces van lange adem is dat wat opofferingen vraagt. Maar dat zij hierdoor Allah gehoorzaamt en bij de winnaars zal zijn. En dat het belangrijk is voor ogen te houden dat het doel van de Islam rechtvaardigheid is en een harmonieuze samenleving waar iedereen zich goed voelt.
Chantal heeft ook 2 boekjes meegebracht: één over het gebed, het andere over de verdiensten van het dragen van een hoofddoek. Ze zegt dat het goed is om deze boekjes te lezen om haar gedachten wat af te leiden van het schuldgevoel waar ze onterecht mee opgezadeld zit.
Op het werk gaat het nog altijd goed maar toch voelt Fatma dat er iets veranderd is. De collega´s, vooral de mannelijke houden wat afstand. Het is natuurlijk opgevallen dat Fatma een ander bureau gekregen heeft en dat haar enthousiaste relatie met Peter bekoeld is. Het is ook iedereen opgevallen dat haar kledij anders geworden is. Vroeger liep Fatma er altijd fleurig bij en nu is haar kledij wat flets en zelfs wat zigeunerachtig, met al die lange rokken.
Fatma meldt dit aan Chantal, die zegt dat ze sabr moet hebben, hetgeen betekent dat ze haar lot met geduld moet dragen, en vooral veel moet bidden. Dit zal haar sterkte geven. Het is inderdaad als moslima niet gemakkelijk om in een land van ongelovigen te leven. Het is belangrijk om de moed niet te laten zakken en gewoon door te zetten.
Chantal zegt dat haar bekering tot de Islam ook niet gemakkelijk geweest is en dat ze ook regelmatig bespot geweest is, maar dat haar geloof in Allah haar altijd kracht gegeven heeft. Het is niet belangrijk wat de mensen zeggen of denken. Het is belangrijk om Allah te volgen en een goede moslima te zijn.
Fatma heeft nu een bureau voor haar alleen. Wanneer Peter iets over het project wil bespreken belt hij haar op. Het is natuurlijk ook afgelopen met de leuke gesprekjes tussendoor. En die mist zij eigenlijk wel.
Aangezien Fatma alleen zit op bureau, heeft zij nu ook haar gebedsmatje meegebracht en kan zij de vijf dagelijkse gebeden op tijd uitvoeren. Per slot van rekening is bidden toch veel belangrijker dan al die regeltjes. Aangezien er op het werk geen voorzieningen zijn voor de rituele wassing vóór het gebed, heeft Fatma een waterverstuiver meegebracht waarmee ze haar handen bevochtigt en dan haar armen, gezicht, oren, haar en voeten wast. Zij doet natuurlijk de deur dicht als ze wil bidden en heeft een hoofddoek mee voor het gebed.
Haar collega´s beginnen zich vragen te stellen waarom zij 2 à 3 keer per dag de deur dichtdoet. Als Peter haar tijdens het gebed opbelt, neemt zij niet op. Nadat dit een paar keer gebeurd is, komt Peter een kijkje nemen. Hij doet de deur open en ziet haar bidden. Hij wacht tot ze klaar is en zegt dan dat hij eens met haar will praten.
Hij vraagt aan Fatma waarom zij de laatste tijd meer en meer in zichzelf gekeerd is, zich anders kleedt en afstandelijk geworden is. Zij antwoordt dat dit komt doordat de collega´s plotseling veranderd zijn. Peter zegt dat niet de collega´s maar zijzelf veranderd is, sinds ze zomaar opeens zonder enige aanleiding gevraagd heeft om in een ander bureau te zitten, hetgeen de communicatie bemoeilijkt en de relaties verandert.
Fatma geeft toe dat zij veranderd is maar dat zij probeert om een betere moslima te zijn en dat dit niet gemakkelijk is. Peter begrijpt dit natuurlijk niet omdat hij denkt dat iemand die religieuzer wordt, meer vertrouwen krijgt in zijn medemens en zich opener gaat opstellen naar de anderen toe, terwijl hij ziet dat dit bij Fatma juist omgekeerd is. Peter keert hoofdschuddend naar zijn bureau terug. Hij begrijpt er niets van.
Fatma krijgt hier echt een slecht gevoel van. Zij meldt dit aan Chantal, die zegt dat zij zich geen zorgen dient te maken. De Islam volgen in België is inderdaad soms een lijdensweg, maar zij raadt Fatma aan om door te zetten.
Fatma moet zich gewoon bewust zijn van het feit dat de Belgen zich massaal van hun katholieke religie afgewend hebben en nu jaloers zijn op de moslims. Er bestaan zoveel misverstanden over de Islam en zodra een moslim zich religieus begint te gedragen, worden de Belgen gewoon agressief.
Gelukkig is er het CGKR dat het opneemt voor de moslims wanneer zij met racisme geconfronteerd worden. Fatma knikt instemmend. Chantal heeft gewoon gelijk. Zij heeft inderdaad al meer ervaring met agressie tegen moslims omdat zij al langer een hoofddoek draagt.
Fatma stelt wat vragen over de boekjes die Chantal gegeven heeft, onder andere in verband met de hoofddoek. Fatma zegt dat ze er stilaan klaar voor is en vraagt zich gewoon af hoe zij dit op het werk kan aanpakken.
Chantal raadt aan om dit stapsgewijs te doen: eerst een sjaaltje rond haar hals, daarna een doek rond haar hoofd die alleen haar haar bedekt maar niet de oren en de hals, tenslotte een echte hoofddoek erover. Op die manier krijgen de collega´s en de klanten de tijd om aan haar hoofddoek te wennen.
Fatma is onder de indruk van zoveel wijsheid. Chantal is echt een steun in haar zoektocht om een betere moslima te worden. Fatma volgt het hoofddoekplan van Chantal. Aangezien de relatie met haar collega´s al wat afstandelijker geworden is, praat zij met hen ook niet openlijk over de reden waarom zij ineens een hoofddoek begint te dragen.
De klant van het project waar zij met Peter aan werkt en waarmee zij wekelijks een bespreking hebben, spreekt Peter onder vier ogen aan over de verandering die Fatma ondergaan heeft. Peter neemt haar verdediging op en zegt dat zij gewoon door een moeilijke periode gaat maar dat er voor de rest niets aan de hand is.
De bedrijfsleider is niet zo begripvol. Aangezien het bedrijf slechts een dertigtal werknemers heeft, kent hij iedereen persoonlijk en heeft hij natuurlijk ook de verandering gezien die Fatma ondergaan heeft, van een open en vlotte collega naar iemand die zich afsluit.
Hij ontbiedt haar, zegt dat hij tevreden is over haar werk maar dat hij tegelijkertijd bang is dat haar manier van doen en haar kledij collega’s en klanten gaat afschrikken en dat dit het bedrijf in problemen zou kunnen brengen. Voor de bedrijfsleider is dit ook een nieuwe situatie. In zijn cursus conflict management heeft hij geen enkel aanknopingspunt om dergelijke situaties aan te pakken. Hij zegt tegen Fatma dat zij eens goed moet nadenken over haar positie in het bedrijf.
Fatma doet die nacht geen oog dicht. Ze is totaal van streek. Zij wil haar job niet verliezen. Haar job geeft haar enorm veel eigenwaarde. En ze wordt niet slecht betaald ook. Niet dat ze het geld absoluut nodig heeft want ze woont nog thuis. Maar ze heeft op 2 jaar tijd al 30 000 Euro gespaard. Het bedrijf geeft namelijk een productiviteits-bonus en het project dat ze met Peter doet heeft al enorm veel geld opgebracht. Fatma droomt er al van om een eigen appartementje te kopen. Maar nu dreigt alles in elkaar te storten.
De volgende dag ziet Fatma Chantal terug. Fatma barst in tranen uit. Ze zegt dat het niet meer gaat. Chantal weet haar tot rust te brengen door een paar gebeden te prevelen. Fatma zegt dat de bedrijfsleider gedreigd heeft met ontslag, misschien niet met zoveel woorden maar het kwam daar toch op neer.
Voor Chantal is dit geen verrassing. Het bedrijf van Fatma wil het blijkbaar hard spelen. Maar ze weet raad. Ze kent een advocaat die al meer van dergelijke gevallen opgelost heeft. Het is altijd hetzelfde met die racistische werkgevers. Zodra een werknemer zijn geloof ernstig begint te nemen, dan gedragen de werkgevers of collega's zich plotseling als racisten. Terwijl er met hun werk niets fout is. Dat geven ze verdorie nog zelf toe ook.
Blijkbaar hebben ze hier in België zo’n schrik van de Islam dat alle redelijkheid verdwijnt.
Chantal zegt tegen Fatma dat ze niet moet opgeven. Als ze het hard willen spelen, dan spelen we het ook hard. De advocaat heeft ervaring en kost niets. Hij neemt gewoon de helft van de schadevergoeding die ze krijgt. In een vorig geval heeft een moslima 50000 Euro gekregen bovenop de normale ontslag-vergoeding. Zij begon een hoofddoek te dragen en werd daarom ontslaan.
Deze verschrikking moet gestopt worden. Vele moslima’s durven geen hoofddoek te dragen uit angst om ontslaan te worden of geen job te krijgen. Chantal geeft daarom elke moslima die geweigerd wordt voor een job de raad klacht in te dienen.
De mentaliteitswijziging in België om ook aan moslims vrijheid van godsdienst te geven vraagt een volgehouden strijd. Iedereen moet dezelfde kansen krijgen, ook degenen die Allah aanbidden!
Maar Fatma blijft met een wrang gevoel zitten. Zij dacht dat de Islam haar iets goeds zou brengen maar het tegendeel is waar.





Ik wil een goede moslima zijn